Niet echt nieuws: T. rex was geen luie aaseter

DPAG_2008_Tyrannosaurus

Toen de film Jurassic Park in 1993 uitkwam, werden de leefgewoonten van Tyrannosaurus rex op slag tot Grote Wetenschappelijke Controverse gebombardeerd. In de film zag je het dier namelijk actief jagen op geiten, mensen en andere dino’s. Experts vonden dat beeld ronduit fout. Het dier was lomp en log en zou niet meer dan een aaseter kunnen zijn geweest. Maar nieuw onderzoek geeft de film en underdog-experts alsnog gelijk: paleontologen zeiden afgelopen maandag dat ze definitief bewijs voor een jagende T. rex hebben opgegraven.

In de fossiele staartwervels van een plantenetende dinosaurus ontdekten de wetenschappers een tand van T. rex. Het dier had de aanval van de beruchte dinosaurus overleefd, omdat er nieuw botweefsel om de tand heen was gegroeid.

Eindelijk, de controverse voorbij! Ware het niet dat de meeste paleontologen jaren geleden eigenlijk al klaar waren met de discussie. De meeste vleesetende beesten jagen wel eens, of eten wel eens aas – geen bioloog gelooft dat het óf óf is. En dat is iets dat de meeste journalisten gemist hebben (zie hier, hier en hier).

Dat meldt onder meer anatoom en paleontoloog John Hutchinson van de universiteit van London op zijn blog ‘What’s in John Freezer?

Hij schrijft:

“Het is niet alsof wetenschappers zich over die vraag verbijsterd achter de oren zitten te krabben, of er eindeloos over debatteren op wetenschappelijke bijeenkomsten. Praktisch elke paleontoloog die bekend is de biologie van bestaande vleeseters en het fossiele bewijs van de Laat Krijt-dinosaurussen kent, accepteert dat T. rex zowel een roofdier als aaseter was; hij was een vleeseter zoals praktisch elk andere soort die ooit heeft bestaan.” 

En hij heeft gelijk natuurlijk: met uitzondering van supergespecialiseerde beesten zoals aasgieren, bestaan er geen dieren exclusief hun prooi het liefst dood dan wel levend eten. Hyena’s staan bijvoorbeeld bekend als aaseters, maar jagen een groot deel van de tijd.

Jurassic-Park-T-Rex

Het idee dat er een grote controverse moest bestaan, startte volgens Hutchinson twintig jaar geleden. Toen kreeg paleontoloog Jack Horner van de universiteit van Montana veel persaandacht omdat hij de officiële dino-consultant was voor Jurassic Park.

Hoewel bijna al zijn adviezen de film haalden, wees Spielberg zijn idee van T. rex als saaie aaseter natuurlijk af. Toen de film uitkwam deed Horner op luchtige wijze afstand van een rennende, jagende T-rex: hij was ervan overtuigd het dier was een aaseter, zei hij bij elk interview.

Maar zelfs Horner kwam later terug op die stelligheid. In een commentaar op de nieuwe vondst zei hij tegen het tijdschrift Nature:

“Ik heb lange tijd gezegd dat Tyrannosaurus rex een opportunist zoals een hyena was, soms jagend en soms aasetend. Dit [het nieuwe onderzoek] is geen bewijs daartegen.” 

Het idee dat een dier exclusief aas eet of juist alléén levende prooien bejaagt is ook een beetje vreemd. Je mag verwachten dat een carnivoor niet een lekker stuk vlees laat liggen als hij er een goede kans op denkt te maken, ongeacht of het beweegt of al een uur stilligt.

Hutchinson hoopt vooral dat wetenschapsjournalisten een lesje kunnen leren van dit verhaal. Zodra een verhaal wordt verkocht als ‘controverse’, lijkt het hem verstandig om eerst even rond te bellen om na te gaan of er wel sprake van een debat is. Anders draag je bij aan een niet-bestaande hype, die een verkeerd beeld schetst van waar onderzoekers precies mee bezig zijn. Lijkt me een redelijk verzoek.

Ronald Veldhuizen

freelance wetenschapsjournalist | boek: Eet Mij | onderwerpen: eetgedrag, evolutie, psychologie, mariene biologie | fotograaf | amateurfilosoof